Boek Rochus Franken

Het geheim van het geluk is het geheim van de vreugde

Van de achterflap
Bestaat God of bestaat Hij niet? Bibliotheken zijn volgeschreven over deze vraag. Aan het bijhouden van discussies hierover op sociale media heb je aan vierentwintig uur per dag niet genoeg.
Iedereen kent diep menselijke verlangens. Verlangens naar geluk, naar echte liefde, naar vreugde. Iedereen vraagt zich af: Waar doe ik het allemaal voor?
Dit boek benadert alles anders. Niet: Bestaat God of niet? Wie heeft er gelijk? Maar: Welke opvattingen bieden het meeste kans op de vervulling van deze verlangens? Waarom zou je willen geloven of niet? Vooral: welke opvattingen bieden de grootste kans om gelukkig te worden.

Het boek is te verkrijgen in de boekhandel, via Amazon.nl of via Bol.com.
ISBN 9789493279957


Inhoudsopgave van het boek.

Inleiding. Voor wie is dit boek bedoeld?

Deel 1. Wat is geloof en wat is het niet? Verwarring en vooroordelen.

Hoofdstuk 1. Geloof als taboe. Mogen we nog vragen stellen?

Hoofdstuk 2. Gelovige mensen gebruiken hun verstand niet.

Hoofdstuk 3. Er is lijden en kwaad. Dus God bestaat niet.

Hoofdstuk 4. De atheïst heeft gelijk. Hoe ga je dan om met lijden?

Hoofdstuk 5. Wat helpt bij lijden en verdriet? Het antwoord van God.

Hoofdstuk 6. Hoe ga je om met je eigen dood?

Hoofdstuk 7. Een leven na de dood?

Hoofdstuk 8. De hemel is een zangkoor op een wolkje.

Hoofdstuk 9. God stuurt mensen niet naar de hel.


Deel 2. Wat staat je geluk in de weg?

Hoofdstuk 10. Waarom is onze wereld niet zoals hij moet zijn?

Hoofdstuk 11. De grootste hindernis op weg naar geluk.

Hoofdstuk 12. Niets meer te wensen en toch niet gelukkig.

Hoofdstuk 13. Bevrijding door de sacramenten van de Katholieke Kerk.

Hoofdstuk 14. Het imago van de Katholieke Kerk.

Hoofdstuk 15. Hoe het geluk je niet langer ontglipt.

Hoofdstuk 16. Op zondagmorgen vind je het geluk.


Deel 3. Wat verandert er in je leven?

Hoofdstuk 17. Je leven krijgt zin. Een zinvol leven is een gelukkig leven.

Hoofdstuk 18. Niet meer alleen maar verbonden met een groter geheel.

Hoofdstuk 19. Geloof en gezondheid.

Hoofdstuk 20. Geluk is onvoorwaardelijke liefde.

Hoofdstuk 21. Conclusie


EERSTE BLADZIJDEN

Inleiding. Voor wie is dit boek bedoeld?

Dit boek is geschreven voor mensen die zoeken naar betekenis. Waarom ben je hier? Is er een doel? Hoe leef je zo dat je op het eind kunt zeggen dat je leven niet voor niets is geweest?

Het is geschreven voor mensen die zoeken naar iets wat hen gaande houdt bij lijden en verdriet. Waar vind je dan kracht?

Dit boek is geschreven voor mensen die liefde zoeken.

Samengevat: Voor wie is dit boek bedoeld? Dit boek is geschreven voor mensen die gewoon een beetje geluk zoeken. En doen we dat niet allemaal? En dit boek geeft antwoord op de vraag: Waarom is het geluk zo moeilijk te vinden? Wat is het probleem?

Gigantisch veel informatie.

Is dit wel nodig, nog een boek over gelukkig worden? Het aantal boeken, websites, blogs en podcasts van ‘influencers’ is immens.

Je leest er hoe je stress in je leven vermindert, hoe je zelfvertrouwen groeit, hoe de kwaliteit van je relaties verbetert en hoe je je ‘performance’ opkrikt op je werk. Kortom alles om jezelf vrijer, blijer en meer voldaan te voelen.

Even rondneuzen met ‘google’ levert boektitels op als:
“Steeds leuker. Schrap de ellende en ontdek de korte route naar een leuker leven.” (Balen van je leven kan altijd nog.)
“Leven met wind mee. Minder drama in je leven, meer rust in je hoofd.”
“De geluksroute. In 5 stappen naar minder gedoe & meer plezier met de mensen om je heen.”
(Met 99% nooit meer gezeik-garantie!)

Al deze informatie vertelt je hoe je verantwoordelijk bent voor je eigen geluk. Je vindt het geluk in jezelf.

Wat je nergens anders vindt: De grote hindernis.

Er is zoveel over geschreven. Maar hoeveel informatie je ook verzamelt, het lukt steeds net niet. Het lijkt alsof het geluk steeds iets harder loopt. Op de één of andere manier ontglipt het je steeds. Moet je er wel naar zoeken? Volgens onderzoeken lijkt het najagen van geluk je ongelukkiger te maken. Dit lijkt een slechte grap. Wat is hier aan de hand? Raadselachtig.

Het najagen van geluk maakt ongelukkig omdat je erg op jezelf gefocust raakt. De grote hindernis is namelijk egocentrisme – de illusie dat de wereld om jou draait. “Bedenk wat jij wilt, vraag je af waar jij gelukkig van wordt en ga voor wat jij fijn vindt.”

Al die boeken, blogs en podcasts hierboven zetten je ‘ik’ in het centrum van de wereld. Dat zet je op het verkeerde been. Dit is precies de reden waarom geluk je steeds ontglipt. Dit is de grote blokkade.

Geluk is niet iets wat je moet zoeken. Geluk is een neveneffect, wanneer je openstaat voor wat niet over jou gaat. Geluk is je laten meevoeren en opgaan in iets groots en prachtigs buiten jezelf. Geluk heeft te maken met smaak voor het ‘andere’.

Ja, er is al een hoop geschreven over gelukkig worden. Misschien vind je het niet nodig om dit boek te lezen. Maar wat als je hierdoor de grote hindernis naar geluk – de grote blokkade – uit de weg ruimt?

Dit alles wordt in deel 2 behandeld. Dat is de kern van het boek. Als je aan het eind van dit boek een klein beetje bevrijd bent van de grote hindernis, heeft dit boek wat mij betreft zijn doel bereikt.

Voor geluk heb je toch geen geloof nodig?

Waarom komt dit pas in deel 2 aan de orde? Waar gaat deel 1 dan over? Dat heeft met de tweede conclusie van dit boek te maken: Geloof vervult een cruciale rol in het overwinnen van egocentrisme.

Wat is geloof eigenlijk? En wat is geloof niet? Het is tegenwoordig één grote verwarring, wat dit betreft. Geloof en kerk – zeker als het over de Katholieke Kerk gaat – hebben een imago probleem. Dit boek heeft eerst een aantal extra hoofdstukken nodig om helderheid in deze verwarring te scheppen.

Gelovige opvattingen – die je openen voor wat anders is, groter en ruimer dan jezelf – helpen je gelukkig te worden! Je leest het goed: gelovige opvattingen! Het woord roept vooroordelen, misverstanden en allergie op. De heersende opvatting is immers dat je heel goed zonder geloof kunt. En zeker zonder kerk. Het lijkt alsof ‘geloof’ een taboe is. Kun je als modern kritisch mens meegaan in wat generaties voor je geloofd hebben? Kun je er nog normaal over praten met elkaar?

Als het wel tot een gesprek komt, hoor je soms één van de volgende kritieken. De één vindt dat gelovigen hun verstand niet gebruiken. Een ander vindt dat een liefdevolle God niet kan bestaan omdat er zoveel lijden is in onze wereld. Een derde heeft grote moeite met een God die je veroordeelt en je zelfs (eeuwig!) straft.

Wanneer er geen antwoorden op deze kritieken komen, is het voor mensen van nu moeilijk om te geloven. Daarom gaat dit boek in deel 1 eerst in op een aantal van deze kritische vragen. Dit doet het vanuit de invalshoek van het katholieke geloof.

Deel 2 is de kern van dit boek. Je kunt daar beginnen met lezen.

Je wilt gelukkig worden. Op de één of andere manier ontglipt het geluk je steeds. Hoe komt dit toch? Een vraag waar iedereen mee worstelt, denk ik. Wat is de hindernis? Helpt geloof je om deze hindernis te overwinnen?

Wil je direct antwoord? Voel je vrij direct in deel 2 te beginnen. Dat gaat over het geheim van geluk: Je openen voor wat anders, groter en ruimer is dan jezelf. En hoe dat gebeurt in het katholieke geloof. Dat zijn de hoofdstukken 10 t/m 16. In hoofdstukken 17-20 lees je welk verschil dit maakt in je dagelijks leven.

Er bestaat waarschijnlijk geen God. Dus geniet van het leven.

In Londen reden er vanaf 6 januari 2009 een maand lang 800 bussen rond met de boodschap: “Er bestaat waarschijnlijk geen God. Houd dus op om je zorgen te maken en geniet van het leven.” Eén van de initiatiefnemers was de bekende ‘nieuwe’ atheïst Richard Dawkins.

Bestaat God of bestaat Hij niet? Bibliotheken zijn volgeschreven over deze vraag. Aan het bijhouden van discussies hierover op sociale media heb je aan vierentwintig uur per dag niet genoeg.

De bussen van Londen brachten mij op een andere benadering. Niet: “Bestaat God wel of niet? Niet: Wie heeft gelijk, wie heeft ongelijk?” Maar: “Wat zijn de consequenties van elke opvatting in je dagelijks leven? Welke opvatting biedt de meeste kans op geluk? Welke opvatting is ‘als beste getest’ op dit punt?”

Om misverstanden te voorkomen: Ik beweer niet dat de ene categorie mensen gelukkiger is dan de andere. Ik ken ongelovigen die van geluk stralen. Ik ken gelovigen die elke dag met een lang gezicht rondlopen. Dit boek gaat over de logische consequenties van je overtuigingen. Als je consequent leeft volgens jouw opvattingen, word je daar gelukkig van of niet?

Actuele kwesties passeren hierbij de revue: Groeiende eenzaamheid in onze samenleving, omgaan met lijden, verdriet en de dood, Donald Trump en de luizenmoeder.

Geen doe-het-zelf handleiding

Hoe ga je open staan voor wat anders, groter en ruimer is dan jezelf? Dit boek beschrijft waarom dit belangrijk is. Het wil je ook laten zien hoe je jezelf opent.

Een waarschuwing is op zijn plek. Dit boek is geen doe-het-zelf handleiding. Dit kun je niet even snel onder de knie krijgen. Het geluk dat dit boek beschrijft, bereik je niet op eigen kracht. Het wordt in eerste instantie voor jou gedaan. Open staan voor wat anders is doe je door meer op een ander of Ander (God) te vertrouwen dan op jezelf.

Dat is een proces wat tijd nodig heeft. Beter geformuleerd: het tijdspad wordt door een ander of Ander bepaald. Dat is moeilijk voor een modern mens. (Zie hoofdstuk 16.) Wanneer je dit pad volgt, kom je echter in contact met onvoorwaardelijke liefde. (Zie hoofdstuk 20) En onvoorwaardelijke liefde is onmisbaar, als je gelukkig wilt worden.

Samengevat: Dit boek gaat over de grote hindernis bij het vinden van geluk: je egocentrisme.
En het vertelt hoe het katholieke geloof je daar van af helpt.


Deel 1. Wat is geloof en wat is het niet? Verwarring en vooroordelen.

Hoofdstuk 1. Geloof als taboe. Mogen we nog vragen stellen?

Geen kroketten in de hemel.

“Absurd. We hebben de hemel allang afgeschaft. Hou toch op.” Zo reageert iemand op facebook op mijn column in een plaatselijke krantje. In die column schrijf ik het volgende:

Ik heb me vaak afgevraagd wat er in een kroket zit. Nu weet ik het, maar ik wou dat ik het niet wist. Onder sociale druk van enkele kennissen, verdiep ik mij sinds kort in de samenstelling van mijn eten. Op elk pakje in de supermarkt zit tegenwoordig een etiket dat daar over informeert.

Wat heb ik hier spijt van. Alles wat ik lekker vind, letterlijk al het eten waar ik van geniet, blijkt niet meer te kunnen. Als het lekker is, is het slecht! Er zitten allerlei stoffen in die funest zijn voor mijn gezondheid. En het klimaat lijdt er ook onder. Het kan echt niet meer, alles wat lekker is.

Om misverstanden te vermijden: ik ben bezorgd over het klimaat en ik ben ook een voorstander van gezond leven. Maar is voor dit laatste niet méér nodig? ‘Een gezonde ziel in een gezond lichaam ’, zeiden de oude Grieken. Maar als ik met de betreffende kennissen over geestelijke zaken (de ziel) wil spreken krijg ik te horen: “Daar heb ik nu geen tijd voor.”

Tot mijn vorige parochie behoorde het dorpje De Zilk. Daar zaten meestal veertig oudere kerkgangers. Ik vertrok dan vroeg in de ochtend uit Lisse en zag tot mijn verbazing: “Het is druk op straat, zondagmorgen om negen uur!” Ik kwam tientallen ‘joggers’ tegen, soms in groepen van veertig of vijftig tegelijk, de gemiddelde leeftijd stukken lager dan die van de kerkgangers. Ieder keer vroeg ik me af: “Hoeveel tijd besteden ze aan hun geestelijk leven? Een gezonde ziel in een gezond lichaam? De nadruk ligt tegenwoordig eenzijdig op het lichaam. Is de balans wat dit betreft niet zoek in onze samenleving? Slaan we niet door naar één kant?”

Gezond eten lijkt soms een nieuwe religie. Als protest tegen deze nieuwe godsdienst heb ik daarom een besluit van zwaar gewicht genomen: Ik blijf kroketten eten. En als ze me er op aanspreken heb ik het volgende antwoord in gedachten. “Ik eet ze nu op aarde, want in de hemel hebben ze geen kroketten.” “Hoezo niet?” “In de hemel hebben ze geen kroketten want God weet wat er in zit.”

Een allergische reactie.

“Absurd. We hebben de hemel allang afgeschaft. Hou toch op.” De rest van zijn commentaar is niet al te vriendelijk over mijn persoon.

Ik antwoord maar niet. Trouwens een voordeel van niet op facebook zitten. Wat me intrigeert is dat iemand de hemel allang heeft afgeschaft. Een leven na de dood bestaat of het bestaat niet. Maar als er wel iets is, kun je het als mens dan afschaffen?

De hemel allang afgeschaft? Je vraagt je af, gebeurt dit echt? Wat betekent deze allergische reactie? Is dit onderwerp nu taboe? Mogen we het niet meer hebben over vragen die dieper gaan? Vragen over leven en dood?

Geloof een taboe?

Je bent op zoek naar geluk. Je bent op zoek naar betekenis in je leven. Maar met wie kun je daar nog over praten? Als het gesprek over gelovige opvattingen dreigt te gaan, wordt het soms raar en onaangenaam. Praten over geloof is volgens onderzoek het enige onderwerp dat recentelijk in de taboesfeer is gekomen.

Journalist Rinke Verkerk schrijft op 30 augustus 2014 in de Volkskrant:
“Als je gelovig bent, ben je naïef en bekrompen. En als je intellectueel bent en ruimdenkend, ben je vanzelfsprekend niet gelovig. Je hoort het in Nederland overal. Soms subtiel, vaker minder, maar de dominante ondertoon in het publieke debat is dat er bij gelovigen een steekje los zit.”

Gelukkig denkt niet iedereen zo over gelovigen. Maar ook dan wordt geloof vaak als vreemd ervaren. “Geloven is mooi”, zegt iemand dan, “Ik wou dat ik het ook kon.

Verder lezen?

Het boek is te verkrijgen in de boekhandel, via Amazon.nl of via Bol.com.
ISBN 9789493279957


RECENTIES

Uit de Voorschotense krant
Zie: https://www.voorschotensekrant.nl/nieuws/algemeen/27188/pastoor-franken-signeert-eigen-boek#

Uit het Katholiek Nieuwsblad
Zie: https://www.kn.nl/inspiratie/recensie/boek/een-pragmatische-zoektocht-naar-geluk/

Uit de nieuwsbrief van het Centrum voor Parochiespiritualiteit.
www.parochiespiritualiteit.org
Tegenwoordig vooronderstellen velen dat geloven een keuze is die je verwijdert van de rede en van de werkelijkheid. Echter in dit boek haalt Rochus Franken, priester van het bisdom Rotterdam, dat idee onderuit. Hij laat de redelijkheid van het christelijk geloof zien en verwijst tegelijkertijd naar tekortkomingen in de redenering van atheïsten.
Zijn boek stelt echter meer voor dan alleen maar droge apologetiek, dat wil zeggen verdediging van het geloof. Frankens drijfveer is oprechte bekommernis om de lijdende medemens. Mensen zoeken naar diepgaand geluk en zin in het leven, en hij wil hen helpen om dit doel te bereiken. Wetend dat de christelijke leer en praktijk ontzettend veel te bieden hebben, put Franken uit meerdere bronnen – zoals de Bijbel en teksten van pausen, theologen en christelijke denkers zoals Tim Keller en Henri Nouwen – om levend water aan zijn lezers aan te bieden. Daarbij illustreert hij zijn uiteenzetting met leermomenten uit gesprekken met parochianen en kennissen en met herinneringen aan zijn eigen zoektocht. Zulke verhalen geven kleur en herkenbaarheid aan zijn betoog.
Voor priesters, diakens, pastorale werkers/sters en vrijwilligers die zich inzetten voor de evangelisatie kan dit boek dienen als nuttige denkoefening en kennismaking met de apologetiek. De ware kracht van Frankens benadering echter is dat hij terecht laat zien dat het uiteindelijk niet om argumenten gaat in de geloofsverkondiging, maar om mensen in een vertrouwensrelatie te brengen met de God die liefde is. Franken biedt handvatten aan die ons hierbij kunnen helpen.
(Tim Schilling)


Geloofsgesprek met Leo Fijen

Kijk hier naar het gesprek dat Leo Fijen had met pastoor Franken.